A selection of works

Nieuw: gemorste gedichten. Vrije bewerking van De Mus (1949) van Jan Hanlo

2023 Smokers DNA

2023 Projectvoorstel met 500 transparante en 20 rode asbakken

2021 – 2023 > More ashtrays and cigarettes

2024 Gemorste gedichten: TJIELP

Een vrije bewerking van De Mus (1949) van Jan Hanlo

Voorstel voor een aangepaste railing (collage). Geïnspireerd door stukjes hele korte railing langs snelwegen.

2020 Kitchen poetry – Gemorste KOFFIE

2021 Gemorste KOFFIE op mijn bureaublad

2020 Bedroom poetry – Matrasschimmel op onze smartphones

maarten greve corona days

Spring 2020 – In search of the Corona virus > Meer

Tijdens de lockdown in onze tuin

Spring 2020 – Corona easter egg

maarten greve

2023 Gepropte theedoeken – Belgium food and beers

2022 Gepropte theedoeken

2020

2020 Kitchen poetry – Projectvoorstel met 40 gestapelde glazen voorraadpotten en verschillende gootsteenontstoppers met kaarsen

maarten greve toothbrushes

29 Augustus 2012    In memoriam Maddy Arkesteyn

maarten greve tree

2019 Warande park Brussel  > Meer

maarten greve thermometers

2000 Rue du buisson, Brussel>  Meer

maarten greve

2001 Burning ambition > Video

Virtual landscapes  1994 – 1998

Maarten Greve
Maarten Greve
Maarten Greve
Maarten Greve

Centraal element in de virtual landscapes is de omgekeerde koepel. “In het begin noemde ik ze plonsbeelden, toen ik nog niet wist hoe ze eruit zouden gaan zien. Ik wilde het idee van een leeg centrum en uitdijende randen en ribbelingen zichtbaar maken, via plakken, knippen, lijmen, zagen, … totdat het goed was. Ik heb veel gebruik gemaakt van 3-dimensionale passers.”

Maarten Greve
Maarten Greve
Maarten Greve
Maarten Greve
maarten-greve-archiscape-states-32
Maarten Greve
Maarten Greve

1996  My studio in Rotterdam   >  Making of virtual landscapes

Maarten Greve
Maarten Greve
Maarten Greve
maarten greve blue street groningen

1988  Street cutout (Groningen)    More

Maarten Greve

1987 Autobanden op bevroren sloot (Groningen – Aduard)

Maarten Greve

Gegoten, gezaagd en weggeschraapte gipsen cirkels  Ø 17 – 35 cm

1999 The joy of desire > Meer

Maarten Greve

2000  Melon in urban landscape  (Brussel)

Maarten Greve

2000 Bottle of red wine in urban landscape (Brussel)

Studio view

Maarten Greve

2000 Chicken in urban landscape  (Brussel)

1997 Blaupunkt > Meer

Maarten Greve

1987  Geveegde schaduw in besneeuwd landschap (Groningen – Aduard)

De handmatig geveegde schaduw voor het hek is complementair aan de natuurlijke schaduw die achter het hek valt

Maarten Greve

1990 Circle cutout in garden bricks (at Ateliers 63 – Haarlem)

maarten greve rope

1988 Einde van een touw in 10 fotografische belichtingstijden

maarten greve polder landscape

1987 – Nearby and far away – Groningen (Minerva Academie)

1994 – Reworked (sketch) 

Aangestuurd door het verlangen

Samengestelde catalogusteksten

Het fotowerk Autobanden op een bevroren sloot (1987) geeft een goede toegang tot het oeuvre van Maarten Greve (1963 Zwolle). Het is een werk uit zijn academietijd in Groningen. Het landschap is besneeuwd, leeg en uitgestrekt. Door een aantal ter plekke gevonden autobanden op een bevroren sloot te plaatsen, creëert Maarten op intuïtieve wijze een optische rechte lijn. Waarom doet de kunstenaar dat en waarom ben je als toeschouwer geneigd door de knieën te gaan om er doorheen te kijken? Waar zijn we naar op zoek? Voor Maarten is dit de metafoor voor het kunstenaarschap. Je zou zijn werk als zintuiglijk conceptualisme kunnen betitelen.

Waar komt het verlangen vandaan om door een gaatje of sleutelgat te willen kijken?

Maarten poogt dit soort van intuïtie te onderzoeken. We zitten op een zomeravond aan een kabbelend riviertje en gaan spontaan steentjes gooien om een ander steentje te raken. Waarom die sensatie van het willen raak gooien?

In zijn jeugd was Maarten gefascineerd door de renaissance en Leonardo da Vinci. Door Leonardo’s nieuwsgierigheid en het ogenschijnlijke gemak waarmee hij de meest wonderlijke ontwerpen maakte. Hoe hij de waarneming en het dagelijkse leven als inspiratiebron gebruikte. Later kwamen daar ook wetenschappers als Christiaan Huygens en Simon Stevin bij. Huygens was de uitvinder van de lenzentelescoop en het slingeruurwerk, Simon Stevin wierp loden ballen van de toren van de Nieuwe kerk in Delft om de zwaartekracht te onderzoeken. Hun werk en onderzoek kwamen voort uit een wereld die ze fysiek ervaarden.  Veel kunstenaars en architecten uit die tijd waren ook goudsmid. Dit was dan ook één van de redenen dat Maarten na zijn middelbare school voor die opleiding koos voordat hij naar de kunstacademie ging. Het alchemistische verlangen uit zijn jeugd heeft zijn verbeelding en houding als kunstenaar bepaald.

Maarten heeft, toen hij in 1996 naar Brussel is verhuisd, een videofilm gemaakt waar hij vanaf een dak probeert een afgekloven appelklokhuis in een schoorsteen te gooien.  Niet één keer belandt het klokhuis in de schoorsteen. Dit met als doel het verlangen te laten zien, het afketsen op de rand. Niet het raak gooien is interessant maar de poging. Maarten ziet het als een pleidooi voor het verlangen.

Rond dezelfde tijd dat hij het werk met de autobanden maakt, heeft Maarten in het lege Groningse landschap een hek geplaatst waar hij aan de andere kant dan waar de natuurlijke schaduw valt, een kunstmatige schaduw in de pas gevallen sneeuw veegt. We zien twee werkelijkheden, een natuurlijke en een artificiële, die hij op een vanzelfsprekende manier verenigt. In zijn latere werken zet hij de onderzoekende manier van werken uit de academietijd voort en gebruikt hiervoor grootheden als  tijd en snelheid, temperatuurafstandvolume en  energie.

In een gesprek vertelt hij over het verlies van verlangen, dat alles steeds sneller gaat (ref. catalogus solotentoonstelling Begane Grond Utrecht 1997). “De relatie tussen tijd en ruimte wordt uitgedaagd. De gedachte krijgt een steeds snellere fysieke invulling, de tijd van verlangen wordt korter”. Maarten gaat ervan uit dat het leven zich definieert uit het conflict tussen de traagheid van het lichaam en de vlugheid van de geest. Materie is traag en onderhevig aan fysische wetten, de gedachte niet. Je zou kunnen zeggen dat wanneer de gedachte een directe fysieke invulling krijgt, dat je op dat moment het leven opheft, de verbinding tussen ruimte en tijd. We doen ons best, vliegtuigen knallen door de geluidsbarrière, we maken supersnelle  treinen, sneller internet, snellere roulatie van producten.

Een aantal van de videowerken zijn ontstaan vanuit het idee van haast hebben of verlangen naar. Je probeert te ontkomen aan je eigen lichamelijkheid. Je zit in de trein en bent verliefd. De treinreis kan niet snel genoeg gaan terwijl je denkt aan je vriend of vriendin die op het perron staat om je af te halen.

In de video Blaupunkt wordt deze gedachte  verder uitgewerkt. De film is opgebouwd uit drie delen. Je ziet iemand in een trappenhuis naar boven rennen. Bijna boven aangekomen ontstaat er een omkering. De kijker wordt deelnemer en wordt rennend meegenomen over een plat dak. Kort voor het einde kijkt de camera over de rand. Je ziet een terrein met sloopafval, de camera zoeft welgemikt dertig meter naar beneden precies op de blauwe stip van een Blaupunkt-reclamebord. Na de klap wordt het beeld zwart, einde film. Van kijker word je deelnemer, daarna word je mechanisch en visueel verder gevoerd. Niet Blaupunkt is het mikpunt, je bent het zelf.

Midden jaren negentig maakt Maarten  grote gekleurde aan architectuur en landschap refererende werken. Wanneer je de eerder genoemde gedachte van het gaatje en het sleutelgat doortrekt dan zou je bij het ervaren van de beelden kunnen zeggen dat je door het gaatje gekropen bent en aan de andere kant staat (een wormhole?). Dat je doorheen de blauwe stip van het Blaupunkt-reclamebord bent geknald en terecht bent gekomen in een wereld die alleen nog maar uit vorm en kleur bestaat en waar de menselijke maat verdwenen is. De beelden zijn door hun volume en kleur sterk aanwezig en nodigen uit tot manipulatie en participatie. De associatie met de kindertijd en de blokkendoos is snel gemaakt. Nu (in 2024) zou je het bijna een soort van CRISPR-architectuur kunnen noemen waar plakken, knippen en weer samenvoegen de identiteit van het werk bepalen.

Maarten woont nu in Brussel. Hij heeft van 1985 tot 1989 een opleiding gevolgd aan de Minerva Academie in Groningen en van 1989 tot 1991 aan Ateliers 63* in Haarlem (nu De Ateliers in Amsterdam). Na vijf jaar als beeldend kunstenaar in Rotterdam te hebben gewoond en gewerkt, is hij samen met zijn vrouw Maddy Arkesteyn in 1996 naar Brussel verhuisd om zich daar verder te ontwikkelen. In 2001 heeft het leven een wending genomen waardoor zijn kunstenaarschap stil kwam te liggen. In 2012 overleed Maddy, ze waren naast geliefden ook soulmates en kenden elkaar van Ateliers 63. In de jaren daarna was het voor Maarten en zijn twee dochters, Tato en Stella, een zoektocht naar zingeving en geluk.

Sedert een paar jaar is hij opnieuw begonnen met het maken van kleine werkjes waarin de inspiratie uit het verleden zichtbaar is maar waar ook nieuwe onderwerpen een kans krijgen. “Je kan niet verdergaan waar je geëindigd bent, de maatschappij en de kunst zijn ook niet stil blijven staan. Veel beslissingen worden tegenwoordig op basis van voorspelbaarheid, algoritmen en AI genomen en schakelen daarmee onze zintuiglijke waarneming steeds meer uit. Is dit het einde van de renaissance?”

“Het voelt soms als over één-nachts-ijs lopen… gaat het… wordt het iets? Jezelf heruitvinden is geweldig!” Het werk is wat lichter en anekdotischer geworden. De Gootsteenontstoppers en Asbakken reeks zijn hier een goed voorbeeld van. In Observations proef je de honger naar connectie met de omgeving. De foto’s zijn registraties waarbij de titel het vluchtige anonieme moment betekenis geeft. Bollen, cirkels en stipjes blijven centrale elementen in zijn werk alsook de speelsheid en de reële wereld versus de fictieve werkelijkheid. In Gemorste KOFFIE op mijn bureaublad heeft het puntje uit de Morse tekst een andere betekenis dan het puntje van .docx. Het is de context die de betekenis bepaalt zoals we dat ook bij de asbakken en veel andere nieuwe werken zien.

“Ik zie het maken van kunst momenteel als het enige waar ik volledige controle over heb. Controle is misschien een raar woord want kunst maken gaat juist over het geen controle hebben en je laten verrassen door je eigen handelen. Tijdens mijn andere werkzaamheden en het dagelijks leven heb je altijd met anderen te maken en met concessies doen. Bij kunst is dat niet zo, daar gaat het over het individu, over mezelf in de wereld van de verbeelding.”

> Tentoonstelling Maddy in Institut de Carton, Brussel in 2020

Interview Anna Luyten met Maddy, kort voor haar overlijden in 2012

In memoriam Maddy Arkesteyn

Website Tato Greve

* Vaste begeleidende kunstenaars in 1989 – 1991: Ben Akkerman, Stanley Brouwn, Jan Dibbets, Harold Klingelhöller, Marien Schouten, Toon Verhoef, Didier Vermeiren en Carel Visser + gastkunstenaars